Flexibel DNA past zich aan na jeugdtrauma

jeugdtrauma

Sporen die een moeilijke jeugd nalaat in het DNA zijn juist niet schadelijk blijkt uit onderzoek. Inmiddels weten we dat die sporen in het DNA je juist kunnen helpen.

Psychiater Marco Boks startte samen met onderzoekers uit de sociale wetenschappen een succesvolle samenwerking, die in maart 2016 een publicatie opleverde. Het bijbehorende persbericht luidde: Moeilijke jeugd laat schadelijke sporen na in het DNA. ‘Maar de tijd haalt ons in’, zegt Boks anderhalf jaar later. Sporen in het DNA kunnen juist helpen.

Blootstelling aan stress

We gaan terug naar 2016 en de aanleiding van het onderzoek. Blootstelling aan stress tijdens de vroege jeugd verhoogt levenslang het risico op psychische klachten. Die uiten zich vaak pas op latere leeftijd. Waarom blijven mensen met een jeugdtrauma hun leven lang kwetsbaar? Boks: ‘We zien dat het DNA van mensen met een jeugdtrauma verandert. Waar we toen achter kwamen, is dat die veranderingen een relatie hebben met hoe je op stress reageert. Overigens heeft niet iedereen met een jeugdtrauma die verandering in het DNA.’

‘Littekens op je DNA…?

Het onderzoek van Marco Boks en zijn team stopte niet na 2016. Boks: ‘Het bericht van 2016 is geschreven vanuit de gedachte dat de ‘littekens’ op het DNA het risico op problemen op latere leeftijd vergroten. Maar we weten nu dat het juist andersom is: die verandering is nodig om je te kunnen aanpassen aan de omstandigheden. We spreken inmiddels dus niet meer van littekens.’

Vervolgonderzoek

In vervolgonderzoek werd bij patiënten specifiek gekeken naar het gen dat zich aanpast na een trauma. Boks en zijn onderzoeksteam waren dan ook verrast te ontdekken dat patiënten met psychische klachten juist níet de verwachte verandering in het DNA vertoonden. Boks: ‘Je zou kunnen zeggen dat het mensen die later klachten krijgen niet gelukt is die aanpassing te maken in hun DNA. We denken nu dat die verandering gezond is. Zonder de aanpassing loop je juist risico op depressie of andere klachten.’
Zonder die aanpassing in je DNA loop je juist risico op depressie of andere klachten.

Hoe helpt deze kennis dan mensen met een jeugdtrauma?

‘Ten eerste is het interessant om te kijken of dit een biomarker kan zijn. Je kan in bloed of andere bronnen van genetisch materiaal kijken of iemand die aanpassing heeft. Is dat niet het geval, dan loopt die persoon risico om ziek te worden. Daarnaast is het mogelijk een aangrijpingspunt voor therapie. Aanpassingen in het DNA zijn later mogelijk alsnog te maken, ook al is dat soms een langdurig proces. Op die manier hopen we mensen met depressie en bipolaire stoornissen te kunnen behandelen.’ aldus Boks.

bron: uu.nl

Bijgewerkt: 12 september 2017