Nieuw gepubliceerd onderzoek laat zien dat bijna twintig procent van jongeren die autisme hebben, last krijgen van depressie. Dit is meer dan drie keer zo hoog als gemiddeld. Dit blijkt uit Brits onderzoek dat is gepubliceerd in JAMA Network.

Eén op de vijf jongeren

Uit het onderzoek blijkt dat jongeren met een normale intelligentie en autisme een groter risico op depressie hebben dan jongeren met een verstandelijke achterstand en autisme.
Deze groep had maar liefst vier keer zoveel kans op een depressie dan jongeren zonder autisme. De onderzoekers vermoeden dat dit komt omdat deze groep jongeren zich meer bewust zijn van hun problemen.

Het onderzoek

Voor het onderzoek werd gekeken naar de gegevens van 224.000 Zweden uit één regio, waarvan 4073 van hen autisme hebben. Hieruit blijkt dat 19,8 procent jongeren van midden tot eind twintig een geschiedenis van depressie heeft. Voor de jongeren zonder autisme was dit maar zes procent.

Dit verhoogde risico op depressie is niet alleen toe te wijzen aan genetische factoren, mensen met autisme hebben twee keer zoveel kans op een depressie als hun broers of zussen zonder autisme. Het zou dus kunnen dat iets in hun DNA, een rol speelt in het veroorzaken van depressie.

Tijdige diagnose

Het onderzoek onderstreept de noodzaak voor een tijdige diagnose. Veel mensen met autisme en een normale intelligentie krijgen deze diagnose vaak te laat, nadat ze last van andere psychische problemen hebben gehad. Dit kan een hoge tol eisen, die kan bijdragen aan een verhoogd risico op depressie. Deze problemen kunnen variëren van gepest worden, uitsluiting, vereenzaming, maar ook het besef anders te zijn. Op die manier kan een tijdige diagnose bijdragen aan het verlagen van het risico op depressie.

Contact

Ben jij gevoelig voor prikkels of twijfel je of je autisme hebt? Dan kun je terecht bij het Autisme Kenniscentrum, onderdeel van Dokter Bosman. Het Autisme Kenniscentrum kan de diagnose stellen en biedt verschillende behandelmogelijkheden. Je kunt bellen met 088 226 76 26 of mail . De eerste stap is altijd een bezoek naar de huisarts voor een verwijzing.

Bron: Jama Network