Ouders van een kind met AD(H)D vragen zich vaak af hoe hun kleine stuiterbal later ooit een normale baan krijgt. Maak je geen zorgen: je kind kan altijd nog ondernemer worden. De typische AD(H)D-eigenschappen komen namelijk goed van pas als je –net als Lisette, voormalig cliënt bij Dokter Bosman – je eigen toko runt.
Vast contract als levenslang
In de eerste vijf jaar na mijn afstuderen heb ik zo’n twaalf verschillende banen gehad. Na een half jaar was het licht in mijn ogen meestal gedoofd en pakte ik mijn biezen, met ‘een-dag-en-drie-kwartier’ als absoluut record (dieptepunt volgens mijn ouders). Met een uitzendcontract kon ik enigszins dealen, maar een jaarcontract voelde beklemmend en een vast contract als levenslang.
Stilzitten
Ik voelde me bij al die organisaties het buitenbeentje met mijn kleding vaak niet helemaal netjes gestreken (of helemaal niet gestreken, want vergeten), koppen koffie over het bureau (of de broek van de directeur) en altijd vijftig creatieve smoezen paraat waarom ik nu weer te laat was. Vooral het stilzitten viel me zwaar. “Ren je thuis ook zo hard naar het koffieapparaat?” vroeg een collega me eens. Bij mijn achtste of negende baan constateerde ik dat ik een dwangmatige behoefte had ontwikkeld om te printen. Ik had dan namelijk een gegronde reden om even achter m’n bureau vandaan te komen. Maar niet alleen het stilzitten was het probleem. Elke dag op dezelfde plek met dezelfde mensen dezelfde dingen doen ‘omdat we het al jaren zo doen’ vond ik nog veel erger. Toen ik na jaren job hoppen binnen liep bij de Kamer van Koophandel om mijn eenmanszaak in te schrijven, begonnen de engelenkoren in mijn hoofd te zingen.
Succesvol dankzij ADHD
Onlangs las ik een interview met de Amerikaanse professor Wiklund die onderzoek heeft gedaan naar de invloed van AD(H)D op ondernemerschap en begreep ik beter waarom ik als eigen baas zoveel beter uit de verf kom dan als loonslaaf. Volgens Wiklund, die zelf ook de diagnose ADHD heeft, voelen mensen met AD(H)D zich intuïtief al aangetrokken tot het ondernemerschap en is het een heel geschikte weg om hun talenten volledig te ontplooien.
Beter dan binnen de muren van de meer traditionele bedrijfsomgevingen waar ik in het begin van mijn werkzame leven belandde en die ik niemand met AD(H)D zou aanbevelen. Wiklund ziet de eigenschappen van AD(H)D’ers, die vaak negatief worden uitgelegd, juist als unieke eigenschappen die bijdragen aan iemands succes. Dus niet succesvol óndanks AD(H)D, maar dánkzij! Omdenken in optima forma.