Door de toegenomen prestratiedruk kan een deel van de jongeren soms (tijdelijk) niet naar school. Jeugdonderzoeker Margot Peeters externe link van de Universiteit Utrecht: “De aanpak van schoolstress en verzuim kan alleen succesvol zijn als er op meerdere niveaus tegelijk een verandering in gang wordt gezet. Het gaat dan om de interactie tussen maatschappij, school, gezin en individu.”
Nadruk op prestatie draagt bij aan minderwaardigheidsgevoel
Samen met haar Utrechtse collega’s Marloes Kleinjan externe linken Suzan Doornwaard voerde Peeters voor Mentaal Kapitaal literatuurstudies uit, en hield ze in de vier Utrechtse Jeugdregio’s interviews met leraren, ouders, zorgprofessionals, leerplichtambtenaren en jongeren zelf. In hun rapport concluderen ze onder meer dat de nadruk op prestatie en excellentie bijdraagt aan een minderwaardigheidsgevoel bij jongeren in het praktijkonderwijs. Peeters: “Sommige jongeren ervaren soms onnodig veel ongezonde stress doordat ze boven hun niveau willen presteren.” Ook zijn er jongeren in kwetsbare situaties die in het huidige onderwijssysteem onvoldoende tot hun recht komen, hun talenten niet kunnen ontwikkelen en daardoor soms onnodig thuis zitten.
Systeem, omgeving en jongeren zelf
Om het mentaal welbevinden van jongeren te vergroten is er een goede ondersteuning nodig. Het is belangrijk dat de schoolstress en prestatiedruk teruggedrongen wordt zodat jongeren niet vastlopen. Ook is het belangrijk dat scholen aandacht schenken aan de sociaal-emotionele ontwikkeling van jongeren. Aan docenten moet professionele ondersteuning geboden worden om een veilig pedagogisch klimaat te creëren in hun klas en op school. Om dit alles te bereiken doen Peeters en collega’s zes aanbevelingen.
Vastlopen op te hoog schoolniveau
Een van de aanbevelingen uit het rapport luidt: herwaardeer onderwijsniveaus en vaardigheden. Volgens de samenstellers van Mentaal Kapitaal lijkt ‘goed presteren’ in onze samenleving gelijk te staan aan cognitief excelleren op het hoogst mogelijke niveau. Peeters: “Jongeren leren al vroeg dat het vmbo eigenlijk niet goed genoeg is. Dit resulteert in hoge verwachtingen en druk vanuit ouders en jongeren zelf. Het resultaat is dat jongeren op te hoge schoolniveaus – al dan niet gepusht door hun ouders – vastlopen. Tegelijkertijd voelen talentvolle jongeren in het praktijkonderwijs zich gestigmatiseerd en dreigen zij af te haken. Door meer ruimte te bieden aan persoons- en talentvorming, en naast cognitieve kwaliteiten ook andere kernkwaliteiten als volwaardig te beschouwen, krijgt iedere jongere de kans om uit te blinken.”
bron: UniversiteitUtrecht