De wachttijden voor de POH-ggz zijn flink aan het oplopen blijkt uit een recent onderzoek. Sinds de introductie van de praktijkondersteuner geestelijke gezondheidszorg (POH-ggz) om binnen de huisartsenpraktijk meer psychische problematiek te kunnen behandelen, groeide het aantal POH’s-ggz flink. In 2010 beschikte 20% van de praktijken over een POH-ggz. In 2015 was dit ruim 80%. Ook de wachttijden namen toe. In een LHV-enquête uit 2016 gaf bijna de helft van de huisartsen aan dat er wachttijden waren voor de POH-ggz. Uit recente NIVEL-cijfers blijkt dat 32% van de patiënten twee of meer weken moeten wachten. De wachttijd is de tijd tussen het het laatste huisartsen consult en het daaropvolgende consult bij de POH-ggz.
De gepresenteerde wachttijd is waarschijnlijk een kleine overschatting van de daadwerkelijke wachttijd. Patiënten kunnen zelf ook afwachtend zijn met het maken van een afspraak. Bij 42% van de huisartspraktijken kon men binnen een tot twee weken bij de POH-ggz terecht. Bij 80% van de praktijken zat er niet meer dan drie weken tussen het bezoek van de huisarts en het bezoek aan de POH-ggz.
Groeiend wachttijd behandeling
Dat patiënten bij sommige huisartsenpraktijken gemiddeld langer dan drie of soms zelfs vier weken moeten wachten past niet in het laagdrempelige karakter van de huisartsenpraktijk. De oorzaak van deze lange wachttijd is niet bekend en mogelijk te wijten aan groeiende wachtlijsten voor de behandeling in de ggz. Patiënten die voor basis of specialistische ggz op de wachtlijst staan tijdelijk binnen de huisartsenpraktijk ondersteuning krijgen. Waarschijnlijk heeft de POH-ggz daardoor onvoldoende tijd om nieuwe patiënten snel in behandeling te nemen. (bron: onderzoek Wachttijden bij de POH-GGZ? Een methodologische verantwoording, Magnée T, et al. Utrecht NIVEL 2017)