Slecht slapen is frustrerend. En van gefrustreerd in bed liggen, is nog nooit iemand snel in slaap gevallen. Welke boosdoeners zorgen ervoor dat je slecht slaapt? Dokter Bosman noemt er drie.

1. Angst

Door slecht te slapen beland je vaak in een vicieuze cirkel. Elke avond ben je bang dat je wéér niet kunt slapen. Bang dat je de volgende dag niets waard bent met 4 uur slaap. Deze angst maakt het alleen maar moeilijker om in slaap te komen. Vervolgens lig je nog langer wakker en neemt de angst verder toe.

2. Hormonen

Hormonen bepalen voor een groot deel hoe goed we slapen. Van melatonine (‘slaaphormoon’) worden we rustig en cortisol (‘stresshormoon’) zorgt ervoor dat we ‘s ochtends fit en alert zijn. Als je last hebt van slapeloosheid, heb je ’s avonds en ’s nachts een te hoog cortisolgehalte in je lichaam. Hierdoor verkeren je lichaam en geest in de veronderstelling dat het nog dag is. Daarbij komt dat cortisol ervoor zorgt dat er minder melatonine wordt aangemaakt. Zo val je lastig in slaap en krijg je vaak niet de goede en diepe slaap die je nodig hebt.

3. Te hoge lichaamstemperatuur

Tijdens het slapen beweegt je lichaamstemperatuur zich in golfbewegingen. Bij slechte slapers blijft de lichaamstemperatuur, in plaats van weer te dalen, in de pieken hangen. Ook vlak voor het slapen hebben mensen met slaapproblemen vaak al een te hoge lichaamstemperatuur. Dit kun je controleren door een aantal dagen je lichaamstemperatuur voor het slapen op te meten.

Dokter Bosman helpt

Kom jij ‘s avonds ook moeilijk in slaap? Lig je vaak uren naar het plafond te staren? Hebben de slapeloze nachten invloed op jouw functioneren op het werk? Benieuwd wat wij voor jou kunnen betekenen? Bel ons op 088 226 76 26 of meld je hier aan.