Een bijzonder kind
Het gaat niet om het label
Na intake, een uitgebreide ontwikkelingsanamnese** met ouders en gedragsobservatie vragenlijsten voor ouders en leerkracht bespreek ik met zijn ouders dat ik vermoed dat er sprake is van autisme. Ze vertellen me dat ze daar zelf ook al eens aan gedacht hebben. Een broer van vader is altijd een buitenbeentje geweest en de hele familie vermoedt dat hij autisme heeft. Kas zelf reageert verrassend goed. Hij is (tot verbazing van ouders) al vaker uitgescholden voor autist, dus nu wil hij ook wel weten of hij het heeft.
Ouders vragen me wat het toevoegt om de diagnose te weten. Ik geef aan dat het niet om het label gaat, maar om het gedrag te leren begrijpen en dat het dan ook fijn is dat je het gedrag kunt vatten in een naam. Als je het gedrag beter leert begrijpen kan Kas ook leren zichzelf beter te begrijpen. Ouders kunnen handvatten krijgen hoe ze met hem om kunnen gaan en het zelfde geldt voor school. Ik zeg altijd dat er zoveel vormen van autisme zijn als er mensen met autisme zijn en dat het daarom ook goed is om verder onderzoek*** te doen.
Tot dusver zijn er al allerlei uitspraken over Kas gedaan en heeft hij zelf al veel commentaar gekregen. Dat doet ook wat met zijn zelfbeeld. Kas blijkt erg onzeker te zijn en geen positief zelfbeeld te hebben. Ook schat hij zijn schoolse vaardigheden laag in, terwijl hij het goed doet op school.
Onderzoek
De ouders gaan akkoord met onderzoek, omdat Kas zelf dit ook graag wil. Na uitgebreid onderzoek wordt duidelijk dat er inderdaad sprake is van een autisme spectrum stoornis bij een hoge intelligentie. Kas is verbaasd over zijn hoge intelligentie, want hij dacht eigenlijk dat hij dom was. Dat hij autisme heeft maakt hem blij en verdrietig tegelijk. Ook voor ouders vallen er puzzelstukjes op hun plaats, maar is er ook zorg om de toekomst. Zowel ouders als Kas krijgen uitleg over de stoornis en op school bespreken we wat nodig is om Kas meer te kunnen laten profiteren van het onderwijs. Er zullen best wat hobbels op zijn pad komen, maar weten wat er aan de hand is helpt om de hobbels te kunnen nemen.
Over Bea Jansen
Bea Jansen is als GZ-psycholoog werkzaam geweest voor Dokter Bosman en heeft haar eigen praktijk. Ze is een GZ-psycholoog generalist in hart en nieren voor alle leeftijden. Haar aandachtsgebieden zijn (ontwikkelings-)neuropsychologie, psychosociale oncologie, psychotrauma, levensfaseproblematiek en onderwijspsychologie.
*De naam Kas is gefingeerd.
** Vragen over zwangerschap, bevalling, vroege ontwikkeling en verloop van de ontwikkeling
***https://www.nji.nl/nl/Databank/Databank-Richtlijnen/Zoek-een-richtlijn (richtlijn diagnostiek autisme bij jeugdigen)